Zes maanden operatie in Litouwen: een terugblik
Op 14 juli zijn de laatste leden van het Belgische detachement teruggekeerd uit Litouwen. Zij beëindigen een buitenlandse opdracht van meer dan zes maanden bij de NAVO-operatie enhanced Forward Presence (eFP). De detachementscommandant, kapitein Pieter, blikt tevreden terug op zijn opdracht.
Het coronavirus
Op het moment dat het detachement naar Litouwen afreisde, was in België net het eerste vaccin toegediend. Omdat militairen uit verschillende eFP-landen ongevaccineerd in een beperkte ruimte samenkwamen, werden er allerlei preventieve maatregelen opgelegd om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan.
Zo werd bijvoorbeeld het contact tussen militairen uit verschillende landen beperkt en werd er met cohortes of bubbels gewerkt. Die bubbels vormden leefgroepen die samen aten, sliepen en deelnamen aan trainingen. Indien er een COVID-besmetting werd vastgesteld, werd de hele cohorte verplicht in quarantaine geplaatst. Dankzij de solidariteit en het professionalisme in de Belgische bubbel viel er de afgelopen zes maanden geen enkele besmetting.
Begin april kreeg het detachement het verlossende nieuws: een lading coronavaccins was richting Litouwen vertrokken. Hiermee waren zij het eerste eFP-land dat gevaccineerd werd. Andere landen volgden snel het Belgische voorbeeld.
Geleidelijk aan konden de beperkende maatregelen worden versoepeld, maar tot op vandaag maakt het mondmasker nog deel uit van de uitrusting van de soldaat.
De internationale inzet
Het Belgische detachement was samengesteld uit een gevechtscompagnie, een peloton gevechtsgenie, een logistiek en medisch detachement en andere stafelementen.
De compagnie beschikte over manoeuvre-elementen uitgerust met Dingo- en Piranhavoertuigen. Met die wapensystemen bleken zij een grote meerwaarde voor de gevechtscapaciteit van de internationale eenheid.
Het hoge niveau van de individuele soldaat bleef niet onopgemerkt. Tijdens de competities waren de Belgen steeds bovenaan het klassement terug te vinden. Dit vertaalde zich in een erg hoog aantal eervolle onderscheidingen op de afsluitende medailleparade.
De gevechtsgroep nam deel aan verschillende intensieve trainingsperiodes in Litouwen. Zowel hun offensieve als defensieve vaardigheden werden verder geperfectioneerd en op de proef gesteld tegen andere partnerlanden. Naast gevechtstactieken zag de eenheid de gelegenheid om andere competenties verder uit te diepen, zoals leven te velde bij temperaturen ver onder het vriespunt.
Zoals zo vaak werd de inzet van de Belgen erg gewaardeerd. Zij werden erkend voor hun can-do-mentaliteit en probleemoplossend denken.
Persoonlijke terugblik
“Een inzet in een internationaal kader brengt automatische enkele uitdagingen met zich mee”, vertelt kapitein Pieter. “We mogen niet blind zijn voor de culturele verschillen tussen de partnerlanden. Dit was echter ook een kans om van andere landen te leren hoe zij hun tactiek en commandovoering in de praktijk omzetten. Zo konden wij een betere soldaat worden in een internationale omgeving.”
“Ik ben vooral en oprecht heel trots op al mijn soldaten. Ik heb het volste vertrouwen in mijn pelotonscommandanten, mijn onderofficieren en al mijn soldaten. Zij hebben zich altijd ten volle ingezet, ondanks alle uitdagingen. Wij hebben getoond dat wij kunnen rekenen op soldaten van erg hoog kwaliteit. Zij stonden pal op de momenten die ertoe deden, zij vochten met een erg hoge motivatie, competentie en agressie.”
“Persoonlijk ben ik ook heel trots op wat onze compagnie heeft verwezenlijkt tijdens de Yellow COVID Run. Daarbij zamelden we een aanzienlijk bedrag in voor een Litouws dagcentrum voor kinderen met een mentale en fysieke beperking. Die activiteit versterkte ook het samenhorigheidsgevoel tussen alle eFP-eenheden. Zo konden we een positief beeld achterlaten voor ons vertrek.”